Foto van de week 19-25 april 2021
- lettergrootte lettergrootte verkleinen Lettergrootte verkleinen
ANSICHTEN afl. 125 Groeten uit Haaksbergen
Dit ingekleurde plaatje van een heidegebied met jeneverbessen doet in eerste instantie denken aan het Buurserzand, maar gezien de soort kaart zal het een plaatje voor algemeen gebruik zijn geweest, waarvan voor diverse plaatsen met heidevelden een versie werd gedrukt.
Deze ansichtkaart ging in 1957 vanuit Haaksbergen op de post voor Stoffel Izaks, die toen in het P.W. Janssenziekenhuis in Almen (Gld.) verbleef. Hij kreeg deze ‘paarse groet uit Haaksbergen’ van de familie Hallers. Het P.W. Janssen Ziekenhuis was van 1915 tot 1993 gevestigd aan de Ehzerallee in Almen. De gelijknamige stichting betrok vervolgens een nieuw verpleeghuis in Deventer. Het ziekenhuis in Almen was jarenlang een sanatorium voor lijders van allerlei vormen van tuberculose (tbc). Sinds 1998 is hier het driesterrenhotel Landgoed Ehzerwold gevestigd.
Dit ingekleurde plaatje van een heidegebied met jeneverbessen doet in eerste instantie denken aan het Buurserzand, maar gezien de soort kaart zal het een plaatje voor algemeen gebruik zijn geweest, waarvan voor diverse plaatsen met heidevelden een versie werd gedrukt.
Deze ansichtkaart ging in 1957 vanuit Haaksbergen op de post voor Stoffel Izaks, die toen in het P.W. Janssenziekenhuis in Almen (Gld.) verbleef. Hij kreeg deze ‘paarse groet uit Haaksbergen’ van de familie Hallers. Het P.W. Janssen Ziekenhuis was van 1915 tot 1993 gevestigd aan de Ehzerallee in Almen. De gelijknamige stichting betrok vervolgens een nieuw verpleeghuis in Deventer. Het ziekenhuis in Almen was jarenlang een sanatorium voor lijders van allerlei vormen van tuberculose (tbc). Sinds 1998 is hier het driesterrenhotel Landgoed Ehzerwold gevestigd.
Buurserzand
Terug naar de heide en ons Buurserszand, het unieke natuurgebied dat sinds 1929 in het bezit is van Natuurmonumenten. Deze week viel me op dat de heide alweer begint te bloeien. Over enkele weken kleurt het gebied op diverse plekken weer prachtig paars. Het Buurserzand dat, naast de Bommelas en het Buursermeertje, bekend is om deze heidevelden en de vele oude jeneverbessen (in het Twents: wakels of wakelbos) is een restant van het enorme areaal heide dat Haaksbergen globaal voor 1850 kende. Het herinnert aan de tijd van het bestaan van de marken en het toen heersende landbouwsysteem, waarbij deze heidevelden onmisbaar waren. Deze voormalige markegrond bleef gespaard doordat textielfabrikant Jan Bernard (Bernard) van Heek het van de marke kocht als ‘achtertuin’ voor zijn villa Zonnebeek in de Enschedese buurschap Rutbeek. Zijn weduwe Edwina schonk het in 1929 aan Natuurmonumenten, waarmee het Buurserzand het eerste bezit van deze vereniging in Overijssel werd.
Ko van Deinse
De Enschedese regionalist J.J. (Ko) van Deinse (1867-1947), een vriend van Van Heek, beschreef het Buurserzand rond 1920 in zijn boek “Uit het land van katoen en heide”. In het hoofdstuk ‘Rutbeek en het Buurserzand’ vangt hij aan met het volgende gedicht, waarin hij zijn liefde voor deze fraaie omgeving uit.
Wat is de twentse boerschop mooi te mei as alles bleuit,
As duur de bekk’ langs bloom en blad weer ’t held’re water vleuit,
As ’t rooie dak van ‘oale hoes schient duur ’t jonge greun,
en kersen-, appel;-, perebeum, stoat in den hof te bleu’en,
as op den es de rogge steet, de possel’n stoeft in ’n mörs*
en in de möä **’t jonge vee geet kneehoog duur ’t grös!
Dan sjielpt de jonge vöggelkes, dan zoemt de iemen roond
in ’t höfken vuur de boavenduur, doar bleuit de bleumkes boont.
En ‘s herfs as ’t oale schèèper met zien schöpkes löp duur ’t heed,
as ’t veld zo wied as m’n kan zeen vol peerse bleumkes steet,
dan zut ’t weer heel anders oet, meer mooi is ’t hier altied,
dow vin’s ’t nargens zo as hier, zeuk vri-j meer wied en zied.
*Posselbuske zijn gagelstruiken. Het tweede zinsdeel kun je dan vertalen als: als de gagelstruiken hun stuifmeel over de moerassige gronden verwaaien
** möä = moat = weiland.
De diverse onderwerpen die hij in het gedicht aanhaalt komen in het verhaal aan bod. Hij laat ons kennismaken met de oude boerenerven in de buurschap Rutbeek, zoals Lefers en Leppink en beschrijft villa Zonnebeek en het Rutbeker Ven. En dan volgt hij met een uitgebreide gebiedsbeschrijving van het Buurserzand, waarin de Bommelas, de Wissinks Möl of Stenderkast, het Galgenslat en de Harrevelder Schans, die hij hier ook Tilly Schans noemt, uiteraard niet ontbreken. Over de kenmerkende jeneverbessen of wakel of kwakelbussche schrijft hij: “Nergens zijn ze mooier dan hier, als wachters staan ze in de eenzame heide. Soms hebben ze allerlei grillige gedaanten, die vooral tegen de avond eigenaardige silhouetten vormen of als ’t ware kleine prieeltjes zijn.”
De volgende zin is bijzonder en hieruit blijkt waarschijnlijk het grootste verschil met een eeuw terug. “Ofschoon met hier bijna nooit een mens ontmoet, ontbreken de levende wezens hier geenszins. Vogels zijn er bij menigte, zowel in de heide als in de bossen op de heuvels. De gele wielewaal, …….enz.”.
Buursche Zaand
In zijn verhaal bezingt Van Deinse in een Twents gedicht zijn liefde voor ‘het Buursche Zaand’. Het gedicht bestaat uit vijf strofen.
Woar wast zoo mooi en hoog ’t heed,
Woar stoat nog kwakelbussche,
Woar liggt de stoefbelten bi-j een
Met ’t weide vèld door tusschen,
Woar zöt m’n nog gin grös of laand?
Woar aanders as in ’t Buursche zaand!
Woar wònt nog oalerwetsche boeren,
Dee nog ’t veur beutt op de dèl,
Woar hod de schèper nog de schöäpe
Duur ’t vèld en langs de lanwer-wäll,
Woar löp de bakk’langs hoge kaant?
Woar aanders as bi-j Buursche zaand!
Doar onder berkenbeum' en dannen
Lig stil de Bommelas alleen,
Doar fluitt de vöggel in de teuge,
DOar loopt kenienkes drok duureen,
En schient de moan ’s nachts oaver ’t laand
Dan blekt de vos in t Buurscher zaand.
Doar steed op hogen bult de loaksteen
En scheidt Honesch en Buurs’ van een,
Doar loatt de hoge, dunne pöppel
Den loop van Buursche bekke zeen.
Kiewiet en Koekoek maakt ’n raand,
Met Loakmörs, van ’t Buursche zaand.
Doar schoert de bekk’ langs d'oale schaanse,
Oet tied van stried en kriegsgewèld,
Doar ligt de slätte en vennekoelen,
Doar strik de tuutwelp oaver 't vèld.
Al koomp gin mènsch’ hoast in dit laand,
Toch is het mooi, ‘t Buursche Zaand!
Na het gedicht vervolgt zijn verhaal met de zin: “Verrukkelijk is hier de natuur en het uitzicht naar alle kanten”. Dat is na 100 jaar niet veranderd en over enkele weken is het met de paarse kleuren van de hei weer extra genieten.
Foto afkomstig van de Facebookpagina Oud-Haaksbergen: https://www.facebook.com/groups/171140093245568, geüpload met commentaar door Eric Ooink van de Historische Kring Haaksbergen
Laatst aangepast opzondag, 12 March 2023 19:35