Foto van de week 27 juli - 2 augustus 2020
- lettergrootte lettergrootte verkleinen Lettergrootte verkleinen
De Bommelas bij Buurse ANSICHTEN afl. 111
In 1982 werd deze fraaie prent van de Bommelas in het Buurserzand getekend door Martin J. de Groot. Drukkerij Asco in Ommen gaf de tekening als ansichtkaart uit.
De Bommelas is één van de drie vertegenwoordigers van een lös hoes in Haaksbergen. Het rijksmonument is echter met afstand de kleinste van deze drie. Het boerderijtje is gebouwd tussen 1837-1841 door de landbouwer en schaapherder Gerrit Jan (Getjaan) Keizers.
Vanwaar de naam Bommelas? Hiervoor zijn in ieder geval twee verklaringen bekend.
De eerste is ruim 100 honderd jaar oud en is afkomstig van de streekhistoricus Van Deinse. Deze zegt dat de naam ontleend zou zijn aan een gebrekkige boerenkar met een slingerende as. Deze theorie is te ontkrachten. Wijlen Gerrit Leppink (1926-2018) verklaarde de naam als volgt: Gerrit Jan Keizers zou graag rondzwerven in de omgeving. In plaats van te werken was hij dan aan ‘de bommel’. Daarbij had hij in de buurt de reputatie een schelm te zijn, een ‘oas’. Getjaan werd ‘dat bommel-oas’ genoemd en deze naam zou over zijn gegaan op de boerderij. Leppink had dit verhaal opgetekend uit de mond van Hendrik Keizers (1896-1979), de achterkleinzoon van Gerrit Jan, die verklaarde dat zijn grootvader hem dit zo verteld had. Feit is dat het boerderijtje al in 1850, in een lijst van huisnummers en huisnamen, wordt vermeld als ‘Bommelasse’.
Jan Keizers alias Bommelas-Jaan, de zoon van Getjaan, leidde hier de laatste jaren van zijn leven een kluizenaarsbestaan. Hij overleed op de Bommelas in de winter van 1912. De oude man lag bij het vuur en was deels verbrand. “Van veurn wasse verköld”, vertelde zijn kleinzoon later.
De Groot moet zich bij het maken van de prent gebaseerd hebben op een oude foto. De boerderij kent hier nog de zogenaamde “achter ’n heerd”, de erkervormige uitbouw aan de voorgevel. Deze zou zijn aangebracht door J.B. van Heek, die het pandje na de dood van Jan Keizers had aangekocht. Bij een restauratie in de jaren 1960-1970 is dit bouwsel weer verdwenen.
Hierna volgen de bewoners van boerderij De Bommelas vanaf het ontstaan rond 1837 tot het overlijden van Bommelas-Jaan in 1912.
EERSTE GENERATIE: GETJAAN KEIZERS EN LIESBETH TEN PAS
Gerrit Jan (Getjaan) Keizers alias de Bommel-oas is de stichter en eerste bewoner van het boerderijtje geweest. Hij werd in het jaar 1800 geboren op ‘De Telgen’ in de buuschap Honesch en was een zoon van Bernardus Keizers en Fenneken Morsinkhof, die allebei in februari 1808 overleden. Getjaan was op 7-jarige leeftijd wees. Met zijn broer zal hij waarschijnlijk bij familie zijn grootgebracht. Getjaan was op jonge leeftijd al werkzaam als boerenknecht en functioneerde regelmatig als schaapherder.
Duidelijk is dat hij daarbij niet alleen naar de schaapjes keek.In de zomer van 1831 huwde hij te Winterswijk met de zwangere dienstmeid Elisabeth (Liesbeth) ten Pas, die ook Hesselink of Esselinkpas werd genoemd. Liesbeth werd in 1803 te Winterswijk geboren en was de dochter van Hendrik Jan ten Pas alias Hesselink en Janna te Brummelstroet.
Omstreeks 1832 kwamen Getjaan en Liesbeth naar Haaksbergen. Zij woonden aanvankelijk in de buurschap Honesch. Vervolgens huurden zij het erve De Weuste in Holthuizen. Deze boerderij stond in de huidige wijk De Els, tussen de Wiedenbroeksingel en Bartokstraat. Tussen 1837 en 1841 bouwde Keizers zijn eigen woning op markegrond van Buurse, ver weg van de bewoonde wereld. Dit boerderijtje zou naar zijn reputatie bekend worden als de Bommelas. In 1838 was de verdeling van de marke Buurse goedgekeurd. Uit de Kadastrale leggers blijkt dat de ondergrond en directe omgeving van de huidige boerderij rond 1850 eigendom zijn geworden van de familie Berkendam, later Jan Hermen Bos, op het erve Meisterboer in Buurse.
Getjaan en Liesbeth kregen zes kinderen:
1. Bernardus Keizers, geboren zomer 1831 te Winterswijk. Hij overleed ongehuwd in 1856 op 24-jarige leeftijd in de buurschap Honesch.
2. Jan (Jaan) Keizers (Bommelas Jaan), geboren in 1833 in de buurschap Honesch (zie generatie 2).
3. Frederica Johanna Keizers, geboren in 1835 te Honesch. Zij is overleden 1918 in Hengelo (O) op 82-jarige leeftijd en was sinds 1859 gehuwd met de dienstknecht Gradus Schouwink (1831-1908).
4. Johanna Keizers, landbouwster, geboren te Holthuizen in 1837. Zij is overleden te Langelo in 1899 op 61-jarige leeftijd. In 1866 huwde zijn met Bernardus Joossink (1821-1881), landbouwer op het erve Bloemena in Langelo.
5. Johanna Berendina Keizers, geboren in 1841 in Buurse en te Haaksbergen overleden op 71-jarige leeftijd in 1912. Zij was op dat moment al twee keer weduwe. De eerste keer was ze in 1864 gehuwd met de landbouwer Gerrit van Lochem (1822-1869). De tweede keer in 1873 met de fabrieksarbeider Jan Willem (Willem) Leppink (1850-1896) uit de buurschap Rutbeek.
6. Berend Jan Keizers. Hij werd volgens de geboorteakte in de winter van 1845 in de buurschap Honesch geboren. Na lag De Bommelas tegen de grens van de marken Buurse en Haaksbergen/Honesch, dus een ambtelijke vergissing is goed mogelijk. Het kan natuurlijk ook zijn dat moeder Liesbeth kort voor de bevalling aan de wandel is gegaan. Berend Jan werd op jonge leeftijd boerenknecht bij de familie H. Scholten, huisnr. 309 in Buurse. Hij vertrok van dit adres in 1866 naar de gemeente Lonneker.
Moeder Liesbeth Keizers-ten Pas overleed in december 1854 in de buurschap Honesch en was 51 jaar oud. Twee jaar later overleed de oudste zoon. De dochters en jongste zoon waren elders in betrekking. Nadat de tweede zoon Jan in 1859 huwde verbleef Getjaan niet veel meer op zijn boerderijtje.
Kennelijk was het ook te klein voor inwonende ouders. Als schaapherder in loondienst leidde Getjaan vanaf dat moment een zwervend bestaan. Hij woonde in de periode 1860-1877 niet in de gemeente Haaksbergen. In augustus 1877 kwam hij vanuit Laren (Gld.) naar Langelo. Hij trok bij zijn dochter Johanna in op het erve Bloemena (‘Blommemoa’) en voelde kennelijk zijn einde naderen. Hij stierf dat najaar op 77-jarige leeftijd in Langelo.
TWEEDE GENERATIE: JAAN KEIZERS EN JANNA GEERTRUID ROERINK
Getjaan Keizers werd op de Bommelas opgevolgd door zijn oudste zoon Jan Keizers alias Bommelas-Jaan. Deze was wever en land- of akkerbouwer, maar ook kolenbrander. Jaan huwde in 1859 met Janna Geertruid Roerink uit Boekelo, in de gemeente Lonneker. Zij was daar geboren in 1859 en een dochter van Jan Hendrik Roerink en Diena Ordelman. De Bommelas had vanaf die tijd het huisnummer wijk F 1a. Wijk F staat voor de buurschap Buurse. Voor 1900 wijzigde het huisnummer in F 2. Volgens de Kadastrale leggers was Jan Hermen Bos & Cons. te Buurse met Jan Keizers in 1868 eigenaar van de Bommelas. Kennelijk was Bos de eigenaar van de grond en Keizers eigenaar van de opstallen. Later lijkt Jan Keizers volledig eigenaar te zijn. Aan het eind van zijn leven bezat hij ruim 3 ha grond, waarvan aanvankelijk een kleine 3 ha bestond uit stuifzand, dat later kennelijk begroeid raakte met heide.
De veestapel op de Bommelas bestond rond 1900-1910 uit twee koeien, een paar varkens en een stuk of vijftig kippen. Ook werden er bijen gehouden.
Uit het huwelijk van Jaan en zijn vrouw werden zes kinderen geboren:
1. Diena keizers, geboren 1860 te Boekelo (gem. Lonneker) en in 1936 overleden te Haaksbergen, 76 jaar oud. Gehuwd in 1881 met de timmerman Derk Willem ter Hogt (1856-1917).
2. Elizabeth keizers, geboren 1861 te Haaksbergen in wijk E. Zij is overleden in 1947 te Haaksbergen op 86-jarige leeftijd en was sinds 1884 gehuwd met Christiaan Meinderink (1862-1944) van ‘de Pelle’, fabrieksarbeider/fabrieksbaas bij Jordaan.
3. Hendrik Jan keizers, fabrieksarbeider, geboren in 1864 te Haaksbergen (wijk E) en overleden in 1922 te Enschede op 58-jarige leeftijd. Hij was twee keer gehuwd. De eerste keer in 1892 met Johanna Wooldrik (1865-1894) uit Usselo en de tweede keer in 1894 met Grada Gerritsen, geboren 1867 in de stad Enschede.
4. Jan Hendrik keizers, geboren in 1866 te Haaksbergen (wijk E). Hij is overleden in 1872 te Buurse (F 1a) op 6-jarige leeftijd.
5. Johanna Keizers, geboren in 1869 te Buurse. Zij is overleden in 1872 te Buurse (F 1a) op 3-jarige leeftijd.
6. Jan Hendrik Keizers. Hij werd in de zomer van 1874 geboren op de Bommelas. Jan Hendrik huwde in december 1895 met Johanna Leppink alias Knoef-Jannöäken. Zij was op ‘De Telgen’ te Honesch geboren in 1853. Haar ouders waren Hendrik Leppink en Willemiena Mengerink. Jannöaken was weduwe van Hermannus Westendorp (1849-1895), met zij sinds 1887 was gehuwd. Hermannus en Jannöaken woonden op ‘de Knoef’ in de buurschap Honesch, vlakbij de Bommelas. Na het overlijden van haar eerste man, begin 1895, zat Jannöäken daar moederziel alleen; kinderen waren er niet. Gelukkig voor haar werd noaberhulp beschouwd als een vanzelfsprekendheid en zo kreeg ze hulp van noaber Jan Hendrik Keizers van de Bommelas. Deze heeft zijn ‘noaberplicht’ wel erg serieus opgevat. Nog voor het eind van het jaar was Jannöäken zwanger en moest er getrouwd worden. Wat leeftijd betreft had Jannöäken de moeder van Jan Hendrik kunnen zijn. Jan Hendrik Keizers van de Bommelas huwde dus met zijn buurvrouw en trok bij haar in op ‘De Knoef’. ‘Bommelas-Jan Heendik’ was vanaf nu ‘Knoef-Jan Heendik’. Op ‘De Knoef’ werd hun enige zoon geboren: Jan Hendrik Willem (Hendrik) Keizers (1896-1979) alias ‘Knoef Hendrik’.
In 1895 was het rustig geworden op ‘De Bommelas’. In de herfst was Janna Geertruid Keizers-Roerink overleden op 57-jarige leeftijd. Haar man ‘Bommelas Jaan’ bleef achter met zijn jongste zoon Hendrik. Deze vertrok in december dat jaar naar ‘De Knoef’ toen hij met Knoef-Jannöäken trouwde. Vanaf dat moment woonde Bommelas-Jaan alleen in zijn boerderijtje en moet het beeld van een kluizenaar ontstaan zijn. Alleen zijn kleinzoon ‘Knoef-Hendrik’ was vrijwel dagelijks na schooltijd bij hem te vinden en zorgde dan voor wat aanspraak. Hij luisterde graag naar de sterke verhalen van zijn grootvader over diens stroperijen en jeneversmokkel en ook over de streken van zijn overgrootvader (de Bommel-oas). Jaan overleed op 20 januari 1912 in zijn boerderijtje. Zijn kleinzoon ‘Knoef-Hendrik’, toen 15 jaar, trof zijn grootvader die dag dood aan. De oude man lag bij het vuur en was deels verbrand. Het was midden in de winter en Hendrik kon aanvankelijk niets zien door de dichte rook. Dat was overigens niet zo vreemd want het huis had toen nog geen schoorsteen. Jan Keizers was 78 jaar toen hij op deze tragische wijze aan zijn einde kwam. De buren (noabers) Bernardus Wielens (Kattenstaart) en Hermannus Rietman gaven het overlijden van Jaan twee dagen later aan bij de gemeente en vertelden dat hij om 13 uur in de middag was overleden in het huis met adres F 2.
Op de dag dat Bommelas-Jaan werd begraven, 24 januari 1912, stierf op ‘De Knoef’zijn zoon Jan Hendrik aan longpleuritus. Hij was nog maar 37 jaar. Zijn weduwe Jannäöken, die toen al hulpbehoevend was, vertrok hierna met zoon Hendrik richting de Watermolen en trok in bij haar broer Jan Leppink alias Stroaters Jaan op ‘Stroatert’aan de huidige Molenveldweg 14 (het latere ‘Banninks-Hanna’). Hier is Jannöäken al vrij snel gestorven. Zij gaf de geest in november 1913 op 60-jarige leeftijd. Zoon Hendrik was 17 jaar toen hij geen ouders meer had. Hij werd timmerman en huwde in 1923 met Mina Rusink. Zij stichtten een gezin aan de Molenweg (nu Molenstraat), waar ze een huis hadden gekocht.
Bommelas werd eigendom Van Heek
In 1905 werd de marke Honesch verdeeld. Jan Bernard (Bernard) van Heek (1863-1923), firmant van ‘Van Heek & Co’ in Enschede, kocht toen de kern van het huidige natuurgebied het Buurserzand. Het betrof op dat moment ruim 56 ha heidegrond. Door een doeltreffende aankoopstrategie wist Van Heek het terrein tussen 1905 en zijn overlijden in 1923 tot 311 ha te vergroten, ook aan de Buurser kant van het natuurgebied. Bernard van Heek wilde in het Buurserzand een Twents openluchtmuseum stichten.
Boerderij ‘De Bommelas’, een los hoes, maakte historisch gezien al onderdeel uit van het terrein en zou een van de bezienswaardigheden van het museum worden. Van Heek kocht het boerderijtje, na het overlijden van Bommelas-Jaan, in 1912 voor f. 2000,- van de familie Keizers. Bij deze verkoop bleek dat dat ook de oude grondeigenaar (‘Meisterboer in Buurse’) nog rechten had. Van Heek liet verder een windmolen, ‘De Stenderkast’ uit Usselo, in het Buurserzand opbouwen. Door zijn vroege overlijden in 1923 is het museum nooit van de grond gekomen. In 1929 schonk zijn weduwe Edwina van Heek-Burr Ewing het Buurserzand met het oude boerderijtje De Bommelas aan de Vereniginig tot Behoud van Natuurmonumenten (nu Natuurmonumenten) en dat is inmiddels 90 jaar geleden.
Bronnen:
-Leppink, Gerrit, ‘Bommelas, waar komt die naam vandaan?’, in Aold Hoksebarge jaargang 36 nr. 4 (2003) blz. 2515-2519.
-Idem, ‘De Bommelas in het Buurserzand’ in Sinds jaar en dag (jubileumboek NGV Twente 1984-2009) 237-240. (dit is een uitgebreide versie van het artikel in AH).
- Kadastrale leggers en eigen genealogisch bestand.
Foto afkomstig van de Facebookpagina Oud-Haaksbergen: https://www.facebook.com/groups/171140093245568, geüpload met commentaar door Eric Ooink van de Historische Kring Haaksbergen